Nieuws

Merk- en modelregistratie in de praktijk: Douane inschakelen (13/13)

Gepubliceerd op 23 jul. 2024

Merkregistratie 13 13 douane

Het Merken- en Modellenbureau van Holla viert dit jaar haar eerste lustrum! In de afgelopen vijf jaar hebben onze merk- en modelspecialisten vele cliënten bijgestaan bij de registratie en handhaving van hun merk- en modelrechten. In de dagelijkse praktijk merken we echter dat er nog onduidelijkheid bestaat over (het belang van) merk- en modelregistraties. In deze blogreeks gaan onze specialisten de komende weken in op de essentiële ins en outs van merk- en modelrechten.

Een merk- en modelregistratie stelt de houder in staat om derden te verhinderen om een identiek of overeenstemmend merk of model te gebruiken. Naast het aanschrijven van inbreukmakers op de markt kan een merk- of modelrechthouder ook de douane verzoeken om potentieel inbreukmakende goederen bij de douane tegen te houden. Dit kan een zeer efficiënt middel zijn, omdat op die wijze de goederen in een vroeg stadium kunnen worden opgespoord en verdere verhandeling kan worden voorkomen. Hoe maakt een merk- en/of modelrechthouder daar gebruik van?

Verzoek tot aanhouding

Door het indienen van een aanvraag bij de bevoegde douanedienst, een ‘application for action’ afgekort AFA, vangt een verzoek tot aanhouding door de douane aan. Het is mogelijk om een AFA per lidstaat of voor de gehele EU in te dienen. Via het IP enforcement Portal (IPEP), een online portaal, kunnen deze nationale en Unie-verzoeken worden aangemaakt en vervolgens (fysiek) worden ingediend bij de bevoegde douanedienst. Het indienen van een AFA is gratis en is geldig voor één jaar, maar kan worden verlengd en/of geüpdatet. Na het indienen van de AFA wordt het verzoek door de douanedienst toe- of afgewezen.

Inhoud van de AFA

In het verzoek moet worden gespecificeerd op welk(e) intellectuele eigendomsrecht(en) het verzoek betrekking heeft. Daarbij is het essentieel dat het genoemde intellectuele eigendomsrecht beschermd is in de lidstaat of lidstaten die in het douaneverzoek zijn vermeld.

Het verzoek moet gedetailleerde informatie bevatten over de originele (‘authentieke’) goederen, ook om te voorkomen dat deze onterecht door de douane worden vastgehouden. Zo kunnen afbeeldingen van de producten, een beschrijving van unieke kenmerken, barcodes of verpakkingsinformatie worden gedeeld. De AFA-aanvrager moet er op bedacht zijn dat de aanvrager van het verzoek in principe vanaf het begin van de aanhouding van de goederen verantwoordelijk is voor de douanekosten, zoals opslagkosten. Deze kosten kunnen eventueel bij de inbreukmaker inrekening worden gebracht. Een AFA-aanvrager doet er dus verstandig aan het verzoek zo specifiek mogelijk op te stellen. Op die wijze worden er niet onnodig (authentieke) producten aangehouden door de douane.

Voor een efficiënte controle door de douane is het cruciaal om gedetailleerde informatie over verdachte zendingen te verstrekken. Deze informatie helpt de douane om mogelijke inbreukmakende goederen effectief te identificeren en het risico op inbreuk te beoordelen. De AFA-aanvrager Kan bijvoorbeeld specifieke eigenschappen van de authentieke producten delen, die de douane kan controleren bij de namaakartikelen. Ook kan een AFA-aanvrager informatie delen over verdachte zendingen waaronder vermoedelijke productielocaties, namen van vervoerders, de uiteindelijke bestemming van de zending, geadresseerden, containernummers, betrokken handelaren of bedrijven, verpakkingsinformatie, aankomstlocatie van de producten, zoals een haven of luchthaven.

Aanhouding

Indien de douane goederen aantreft die vermoedelijk inbreuk maken op het intellectuele eigendomsrecht (naar aanleiding van de AFA) van de aanvrager, dan houdt de douane deze goederen aan. Na de aanhouding meldt de douane de aangever of houder van de goederen binnen één werkdag. Tegelijkertijd wordt de aanvrager van de AFA geïnformeerd. De douane verstrekt beide partijen details over het aantal goederen (of een schatting) en kan foto’s delen. Beide partijen krijgen de kans om de goederen op locatie te inspecteren. Ook kan de douane monsters van de goederen beschikbaar stellen aan de aanvrager, zodat deze kan beoordelen of er naar zijn mening sprake is van inbreuk. Deze monsters moeten daarna weer worden teruggegeven.

Na ontvangst van de melding van aanhouding moet de AFA-aanvrager binnen tien werkdagen aangeven of:

  • Er sprake is van inbreuk; en
  • De (inbreukmakende) goederen vernietigd moeten worden onder toezicht van de douane.

De aangever of houder van de aangehouden goederen moet binnen tien werkdagen laten weten of hij akkoord gaat met de vernietiging of bezwaar heeft tegen deze maatregel. Als de AFA-aanvrager nalaat binnen de gestelde termijn te reageren, dan worden goederen alsnog vrijgegeven. Als de aangever of houder van de aangehouden goederen nalaat te reageren binnen de gestelde termijn, dan wordt aangenomen dat er wordt ingestemd met de vernietiging.

Bezwaar tegen vernietiging

Als de aangever of houder van de aangehouden goederen niet akkoord gaat met de vernietiging en als de AFA-aanvrager meent dat desondanks sprake is van een inbreuk en haar verzoek tot vernietiging handhaaft, dan dient de AFA-aanvrager binnen tien werkdagen een civiele procedure aanhangig te maken en de douane te voorzien van bewijs hiervan. Deze termijn kan, indien goed onderbouwd, met tien werkdagen worden verlengd op verzoek. De goederen worden dan vastgehouden gedurende de looptijd van de procedure.

Conclusie

Concluderend biedt merk- en modelregistratie de houder een krachtig instrument om inbreuk tegen te gaan. Door een 'application for action' (AFA) bij de douane in te dienen, kunnen inbreukmakende goederen snel worden onderschept. Dit proces vereist echter een nauwkeurige en gedetailleerde aanvraag om te voorkomen dat legitieme goederen onterecht worden vastgehouden en om efficiëntie te waarborgen. De douane houdt verdachte goederen aan en informeert de betrokken partijen, waarna de houder op korte termijn moet reageren om juridische stappen te ondernemen indien nodig. Dit systeem biedt daarmee een effectieve manier om de handel in namaakproducten te bestrijden en de rechten van merk- en modelrechthouders te beschermen.

**De douane kan overigens ook op eigen initiatief (ambtshalve) goederen aanhouden waarvan zij vermoedt dat deze inbreuk maken op een intellectueel eigendomsrecht, zonder dat daaraan een AFA ten grondslag ligt. Dit noemt de douane ex officio optreden. In dit geval is een houder echter afhankelijk van hoe goed de douane het merk of model kent en of de douane op eigen initiatief controles uitvoert.

Mocht u nog vragen hebben over douanehandhaving, merk- of modelrechten, of mocht u hulp nodig hebben bij het aanvragen van merk- en/of modelregistraties, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen. Ons deskundige team staat graag klaar om u verder te helpen.

Onze mensen

Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken?

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Geen juridische updates missen? Maak dan een selectie uit de diverse expertises van Holla legal & tax.

Aanmelden nieuwsbrief